Wie in exotische oorden komt, ziet het nog wel eens: de vrouwen doen de was in de rivier. Een prachtig tafereeltje voor het fotoalbum. Zo krijg je de was natuurlijk niet echt schoon, maar je hoort hen niet klagen. Voor opzichtige ontevredenheid moet je rijk zijn en in luxe baden. Dan is er niks goed of het deugt niet.
Wanneer mensen de was zijn gaan doen, weet ik niet. Maar ook hier konden ze er lange tijd helemaal niets van. Ooit, heel lang geleden, was er in deze contreien eens een magiër die wonderen kon verrichten. Althans hij knoeide met witte wijn, zo wil het verhaal, en hij kreeg de bloedvlekken vervolgens niet uit zijn tafelkleedje. Maar van hem hoorde je geen klacht. Sterker nog: het heugelijk feit werd, nadat hij het op zijn sterfbed had opgebiecht, voortaan jaarlijks gevierd, waarbij de bloeddoek aan den volke werd getoond. En dat doen ze in Boxtel zo’n zevenhonderd jaar later nog steeds op de eerste zondag na Pinksteren. Er wordt op die dag een processie in het stadje gehouden, waar het publiek van heinde en verre op af komt. Vooral als het gaat regenen is het een adembenemend schouwspel waar je Adam en Eva bijvoorbeeld onder een Heineken-paraplu kunt zien schuilen. Terwijl de aartsengel met zijn vlammende zwaard, die hen eerder nog achterna zat, in het café aan de toog hangt.
De tijden zijn veranderd al zijn de wonderen de wereld nog niet uit. Maar een volautomatische wasmachine en hoog-technologisch waspoeder helpen niets tegen chagrijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten