donderdag 11 maart 2010

Jeugdsentiment en een prijsvraag

Heel lang geleden, toen Dik Huubke nog klein was, zat hij op het kerkkoor. Drie keer per week kwam de jongens bij elkaar om te repeteren onder leiding van een pater. Op donderdagavond was er repetitie met de heren, zoals de bassen en tenoren werden genoemd. ’s Zondags, tijdens de hoogmis, zongen ze meerstemmige missen van Mozart, Palestrina en nog allerlei andere beroemde componisten. En behalve het Kyrië, de Gloria, het Sanctus en het Agnus Dei werden tussendoor nog allerlei andere stukken gezongen. Soms werd de mis rechtstreeks op de radio uitgezonden. En af en toe maakte de KRO zelfs een orkestregistratie. We waren trost op ons jongenskoor. Vooral omdat we met voetballen altijd van het Heilig Hart Koor wonnen. En in de zomervakantie gingen we een week op kamp. Wat een feest!

Little Marc was in die tijd nóg kleiner. Hij zat niet op het koor, maar was misdienaar. Koorknapen en misdienaars lagen elkaar niet zo. Ze misgunden elkaar de stiekeme slok van de miswijn in de sacristie. En de koorknapen vonden de misdienaars maar heilige boontjes. Mietjes op hun knietjes. Met kanten rokjes en wierookstokjes. En de misdienaars vonden de koorknapen slijmerds. Wel altijd zo mooi mogelijk zingen, maar ondertussen stiekem keten op het koor. Kruipen, gluipen en als het even kon miswijn zuipen. Er kon bepaald niet van een gezonde rivaliteit worden gesproken.

De haat, nijd en klassenstrijd tussen de beide groepen kreeg een vervolg op het schoolplein. Op de katholieke lagere jongensschool speelden ze stoere spelletjes. Bonken bijvoorbeeld, waarbij een rij jongens achter elkaar ging staan, jongen na jongen, voorovergebogen, met het hoofd onder het kruis van de jongen voor hem. Daar sprong dan een andere jongen met een grote spreidsprong bovenop, om vervolgens achteraan te sluiten. Daar vielen regelmatig gewonden bij. En dan werd er geknokt. “Ruzie, ruzie, ruzie”, riepen de omstanders. Tot de meester kwam en de vechtersbazen aan hun oren uit elkaar trok. De koorknapen en misdienaars waren daar meestal niet bij betrokken. Want als de pastoor er achter kwam, nam hij je apart. En wat er dan gebeurde, daar werd alleen over gefluisterd. Maar als een misdienaar de kans kreeg een koorknaap een hak te zetten, zou hij het niet laten. En andersom al helemaal niet.

Tussen al dat gekrakeel viel het op dat Little Marc (die toen nog gewoon Mark heette) en Dik Huubke steeds vaker elkaars aanwezigheid zochten. Op de een of andere manier voelden ze zich tot elkaar aangetrokken. Ze werden vrienden. Maar de klasgenoten vonden zo’n interculturele vriendschap nauwelijks acceptabel. En het pesten ging in die dagen heel wat verder dan tegenwoordig.

Little Marc en Dik Huubke zijn nu al jaren getrouwd. In bed halen ze nog wel eens herinneringen op aan die goede oude tijd. Ze hebben hun geaardheid nooit verborgen gehouden en al vervreemden ze van de kerk, ze gingen er toch nog regelmatig naar toe. Hun bloedeigen zoon, van een donoreitje en een spermacocktail van beide vaders, hebben ze zelfs laten dopen. Het is een flinke kerel geworden, met heel wat aardjes, naar zijn vaartjes. Sinds enkele jaren verdient hij om zijn balletlessen te bekostigen wat bij in Tosti-restaurant De Achterdeur.

Ondanks de benepenheid van vroeger was alles toch nog goed gekomen, leek het, maar toen verschenen er ineens verontrustende berichten in de pers. Prins Carnaval mocht niet ter communie omdat hij homo was. Op kostscholen, kloosters en kerken bleken in Marcs en Huubkes jongensjaren allerlei kinderen te zijn misbruikt. De roze brigade, mannen en vrouwen gelijk, trok gezamenlijk op naar de Sint Jan. Henk Krol van de Gaykrant voerde zelf het achterkamertjesoverleg met het episcopaat. En onze beide stripfiguren schaamden zich dood. Waren ze zelf misschien ook wel eens door een pater bij hun pielemuisje gegrepen? Hadden ze het verdrongen? Of waren zij misschien de twee enige jongetjes die de kapelaan niet konden bekoren? En waar kwam die ellendige archaïsche trutmoraal toch opeens allemaal weer vandaan?

Tot overmaat van ramp kreeg zoonlief in Restaurant De Achterdeur geheel onverwachts een kerkelijke ambtsdrager aan tafel. Hij kon zich niet inhouden. En zei …


De ballontekst kunt u invullen onder 'reacties' hieronder. Gewoon even klikken en de instructies volgen. Als u voor 'anoniem' kiest, zet dan wel even uw naam in de tekst, anders grijpt u misschien naast de prijs!

4 opmerkingen:

Karin Gottlieb zei

En zei.... Handen gewassen?

Anoniem zei

Ik vond je Prins Carnaval outfit mooier!

Anoniem zei

Geen hosti, geen tosti!

Gr. José

Huub van Dongen zei

Wij serveren geen brood aan praktiserende ...!

En dan hebben we weer een nieuwe prijsvraag!