vrijdag 29 april 2011

Een langdurig proces

Hier zou – nooit eigenlijk zeggen, zou Annemarie Oster schrijven – een verhaal moeten komen over een rechtszaak. Met Dik Huubke, desnoods met geblondeerd haar, in het beklaagdenbankje. Zijn confrère Little Marc M. stond hem bij als advocaat. De tenlastelegging had betrekking op Dik Huubke’s voorstel voortaan alle Nederlandse vrouwen, ook die van allochtone komaf, koningin te noemen. En desgewenst ook als zodanig verklede mannen.

Als getuige-deskundige zou door het Openbaar Ministerie mevrouw Lieteke van Vucht Tijssen opgeroepen zijn, voorzitter van de Raad voor de Nederlandse Taal en Letteren, een belangrijk adviesorgaan binnen de Taalunie, die verklaard had dat in het Nederlands ‘Koninginnedag’ zonder tussen-n wordt gespeld, omdat er nu eenmaal maar één Koningin is.

Little Marc M. – goed voorbeeld doet goed volgen – zou de objectiviteit van de getuige-deskundige in twijfel trekken. Zij zou met vlaggetje, hoedje en toeter deelgenomen hebben aan een bijeenkomst waar in ruime mate oranjebitter werd gedronken. De rechter wilde hier echter geen onderzoek naar laten doen, wat hem op een wrakingsverzoek kwam te staan.

Maar ja, het verhaal gaat niet door. Wij hebben geen tijd voor dit soort langdurige processen. Daar moet je een populistische politicus voor zijn.

Geen opmerkingen: